20171207_hnb_sleepingbeauty_7178_photo_marc_haegeman (2)_0_0

De kunst van het gebaar

20 december 2017

De koning zegt tegen de koningin… De Seringenfee vertelt Aurora… Carabosse spreekt een vloek uit… Florimund vraagt om de hand van Aurora…

Van oudsher is het ‘spreken in gebaren’ een belangrijk onderdeel van het klassieke ballet. In The Sleeping Beauty vertelt de mime het verhaal, aldus choreograaf Sir Peter Wright. Maar, zo waarschuwt hij: het luistert nauw. “Als het publiek de mime vervelend vindt, dan doet de danser het niet goed.”

Tot de tweede helft van de achttiende eeuw – de rococo – bestond er geen ‘avondvullend’ en ‘verhalend’ ballet. Het verhaal, de handeling, werd verteld als een voordracht of in recitatief. Soms werd het verhaal gezongen. Dat was vanzelfsprekend een zaak van toneelspelers en zangers. Tekst en zang werden afgewisseld met dans. Waardigheid, plechtstatigheid en aristocratische verfijning waren het parool voor de dansers. De kostuums gaven daar ook alle aanleiding toe. Het was de tijd van de hofballetten en balletopera’s.

EXPRESSIE

Maar de dansers (en danseressen!) wilden hun lichaam, de dans gebruiken voor expressie. Ze wilden iets uitdrukken. Er werden bewegingen geleend en gebruikt uit de acrobatiek, de pantomime en de commedia dell’arte om een verhaal te vertellen. Het bleven echter nog gescheiden takken van sport. Begin negentiende eeuw probeerde de Fransman Charles-Louis Didelot een verbinding te leggen tussen dans en mime.

In diezelfde tijd deed de Italiaan Salvatore Viganò dat eveneens met zijn choreodrama’s. Didelot en Viganò maakten handelingsballetten en alle expressieve bewegingskunsten vormden een onlosmakelijk geheel hiervan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat pantomime – gedanste mime of gemimede dans – nog lange tijd een centraal onderdeel vormde van het ballet.

HNB The Sleeping Beauty - Seringenfee.

Verhaal

In The Sleeping Beauty is mime ontegenzeggelijk aanwezig. “De mime vertelt het verhaal”, zegt Sir Peter Wright, “het is een andere dimensie van de choreografie. Dans drukt emoties en gevoel uit, maar heeft geen betekenis.”  Over het belang van de mime zegt hij: “Het is een kunst om met gebaren veelzeggend te zijn. Opmerkelijk is ook dat vrijwel iedereen het begrijpt. Misschien niet elk gebaar, maar meer dan genoeg om het verhaal te snappen.”

‘Het is een kunst om met gebaren veelzeggend te zijn’

Het ene gebaar is het andere niet. Behalve dat er – net als in de taal voor doven- en slechthorenden – een enorme reeks van verschillende gebaren is om uitdrukking te geven aan dat wat iemand wil zeggen, is dat ook nog eens op verschillende manieren te doen. Als de Seringenfee het gebaar voor praten maakt, hoor je bijna belletjes twinkelen. Je weet meteen: ze heeft een lieflijke stem. Nee, dan de gebaren van de pratende Carabosse. Dat is in één oogopslag zichtbaar: een schelle, wrede stem van een dominante fee.

Werelderfgoed

Op 2 juli 1981 werd, ter gelegenheid van het Holland Festival, The Sleeping Beauty voor het eerst door Het Nationale Ballet in de versie van Sir Peter Wright op het podium gezet. Dat was bijna honderd jaar na de oorspronkelijke première in 1890. Wright baseerde zich voor zijn versie op de reconstructie die Nicolas Sergejev maakt van Marius Petipa’s origineel.



Maar hoe kwam Wright aan de mime? Er was nergens een film… Het geheim is Tamara Karsavina, de Russische prima ballerina assoluta die van 1885 tot 1978 leefde. Zij danste bij Les Ballets Russes, onder meer als de Seringenfee in The Sleeping Princess, zoals Diaghilev het ballet bij de eerste opvoering in het Westen doopte. Karsavina kwam in 1918 naar Engeland waar zij trouwde met een Engelse diplomaat. Ze stichtte de Royal Academy of Dancing, coachte Margot Fonteyn en bracht de originele mime mee naar Engeland.



“Nu is het erfgoed zeker gesteld”, vertelt Wright lachend. “In 1956 hebben Rudolf en Joan Benesh een bewegingsnotatie gepubliceerd. Het is een beknopt, accuraat en veelzijdig schrift om alle vormen van menselijke beweging vast te leggen. In Engeland zijn alle klassieke balletten, inclusief de mime, in het Benesh-systeem vastgelegd.”

HNB The Sleeping Beauty - Carabosse.j
HNB The Sleeping Beauty - Seringenfee en Carabosse

Seringenfee

Mea Venema was de eerste Seringenfee in Sir Peter Wrights Sleeping Beauty. Ze denkt met veel plezier terug aan haar optreden in de productie: “Het was een fantastische rol. Al die karakterrollen waren zo goed ingevuld. Peter Wright bracht een enorme traditie mee! De Seringenfee heeft een hele conversatie op het podium met Carabosse, de boze fee. Het zijn kleine zinnetjes die allemaal worden gemimed. You listen when I speak… en er komt geen woord aan te pas.”

‘...en er komt geen woord aan te pas’

“Het was niet de eerste keer dat ik mime deed. Hiervoor had ik Giselle gedanst en daar zit ook veel mime in, maar geïntegreerd in de dans. In The Sleeping Beauty zijn er hele stukken alleen mime. Het was in alle opzichten een bijzondere voorstelling. Ook de kostuums. Je liep voortdurend op demi-pointes om het kostuum te laten zweven, want het is wel een sprookje… De Seringenfee is een rol die je lang kunt doen. Ik ben zelfs Seringenfee geweest toen ik in verwachting was. Het kostuum moest wel een beetje worden uitgelegd, maar dat kon.”



Mea Venema werkt nu al vele jaren voor Hans van Manen en studeert zijn balletten over de hele wereld in, maar de Seringenfee blijft een bijzondere herinnering. “Het was vooral het contact met Joanne Zimmerman, de eerste Carabosse, dat bijzonder was. In de repetities en op het podium. We hebben onze rollen op onze eigen manier ingevuld.”

Unieke productie

Voormalig eerste soliste Joanne Zimmerman herinnert zich het werken aan The Sleeping Beauty als ‘een bijzondere periode in mijn carrière’. “Mea en ik hebben veel geleerd van Peter Wright. Hij leerde ons hoe je op het toneel moest stáán. En de mime! Je moest bijvoorbeeld niet alleen maar een gebaar maken met je arm, maar iets uitdrukken met je hele lichaam. Pantomime is gestileerder, heeft meer specifieke gebaren. Ballet is veel abstracter.”



“Voorafgaand aan The Sleeping Beauty was ik Signora Capoletti geweest in Romeo en Julia. Maar dat is meer acteren. In Giselle was ik Myrtha. Maar The Sleeping Beauty is uniek. Mijn kostuum! Dat was een soort gebouw… het had een hele lange sleep, als je je omdraaide moest je dat allemaal meenemen.”

Dag en nacht

Voor Sir Peter Wright hoort de mime bij het klassieke ballet als de nacht bij de dag. “I love it, when it’s well done! Maar dat is dan wel een voorwaarde.” Wright is er duidelijk over: “Als het publiek de mime vervelend vindt, dan doet de danser het niet goed. De meeste klassieke balletten hebben veel mime en het zou jammer zijn als we dat kwijtraken. Het hoort bij het erfgoed, we moeten er zuinig op zijn. Sir Frederick Ashton heeft ooit gezegd dat het zo belangrijk is in het klassieke ballet om contrasten te hebben. Een mimefragment staat in contrast met een dansscène die weer in contrast staat met een dramatische episode. Het klassieke ballet heeft de mime nodig.”

 

Dit artikel werd eerder gepubliceerd in het magazine van de Vrienden van Het Nationale Ballet.