De geschiedenis van Het Nationale Ballet
Duik, door deze tijdlijn te bekijken, in de rijke geschiedenis van Het Nationale Ballet. De tijdlijn belicht de hoogtepunten uit het repertoire en geeft een overzicht van de ontwikkeling van het gezelschap sinds zijn oprichting in 1961. Laat je meevoeren door alle verhalen en geniet van de vele, regelmatig niet eerder gepubliceerde archiefbeelden.
De jaren ’60
- 112 Nieuwe producties
- circa 50 Wereldpremières
61 / 62
Oprichting
Het Nationale Ballet ontstaat op 31 augustus 1961 uit een fusie van het Nederlands Ballet (o.l.v. Sonia Gaskell) en het Amsterdams Ballet (o.l.v. Mascha ter Weeme) en telt bij zijn oprichting 89 dansers. Gaskell neemt de functie van artistiek leider op zich, Ter Weeme wordt belast met de deelname van het gezelschap aan de producties van De Nederlandse Operastichting.
Huischoreografen
Rudi van Dantzig en Robert Kaesen worden beiden benoemd tot huischoreograaf.
Eerste voorstelling
Op 16 september vindt de eerste voorstelling plaats in de Stadsschouwburg Amsterdam (nu ITA), waar het gezelschap vanaf dan is gehuisvest.
Zesendertig premières in het eerste seizoen
In zijn eerste seizoen neemt het gezelschap maar liefst 36 werken op het repertoire. Het overgrote deel daarvan is overgenomen van het Nederlands Ballet, de door Gaskell geleide voorloper van Het Nationale Ballet.
Driepijlersbeleid
Meteen al ontvouwt Gaskell haar ‘driepijlersvisie’ die in feite nog steeds de basis is van het artistieke beleid van Het Nationale Ballet.
Neus voor belangrijk buitenlands talent
Maar liefst vijf choreografieën van George Balanchine worden in dit eerste seizoen gedanst (Het Nationale Ballet zou zich al snel ontpoppen tot dé hoeder van het repertoire van de Russisch-Amerikaanse grootmeester) en één werk van Maurice Béjart.
Eerste tournee
Kort na de oprichting reist het gezelschap naar Madrid (zie foto) voor een eerste tournee. In totaal geeft de groep in dit eerste seizoen 30 voorstellingen in Spanje en Spaans-Marokko, daarnaast zijn er optredens in Duitsland en Frankrijk.
Zwarte solisten
Vanaf de start heeft Het Nationale Ballet twee zwarte eerste solisten, Sylvester Campbell en Billy Wilson, een unicum in die tijd. Al snel volgen ook andere zwarte solisten als Benjamin Feliksdal (ook al vanaf de start bij de groep) en Raven Wilkinson.
62 / 63
Vertrek Mascha ter Weeme
Mascha ter Weeme vertrekt, na een lang ziekteverlof wordt ze op non-actief gesteld. Vanaf dat moment is de artistieke leiding volledig in handen van Sonia Gaskell.
Eerste avondvullende productie
De eerste avondvullende productie wordt op het repertoire genomen, La Sylphide, naar het origineel van August Bournonville uit 1836, in een versie van de Deense Bournonville-specialist Harold Lander.
Sovjet-Russische balletstijl
Gaskell (zelf van Russische afkomst) haalt de Russische balletmeester Natalja Orlovskaja naar Nederland, ze vindt het belangrijk dat de dansers getraind worden in de Sovjet-Russische balletstijl.
Petroesjka
Een andere belangrijke toevoeging aan het repertoire (overgenomen van het Nederlands Ballet) is Petroesjka, dat Michel Fokine in 1911 creëerde voor Diaghilevs Ballets Russes en dat een van de eerste geslaagde voorbeelden is van een niet-avondvullend verhalend ballet.
63 / 64
Marianne Hilarides
Eerste soliste Marianne Hilarides moet het gezelschap na een conflict met Gaskell verlaten. Hilarides geldt als een van de grootste talenten van haar generatie, ook wel aangeduid als de eerste prima ballerina van Nederlandse bodem.
Nachteiland
Tot de nieuwe werken op het repertoire behoort Nachteiland (overgenomen van het Nederlands Ballet). Met dit ballet maakte Rudi van Dantzig in 1955 zijn debuut als choreograaf.
64 / 65
Olga de Haas
Op negentienjarige leeftijd wordt Olga de Haas (1944-1978) bevorderd tot eerste soliste. De sterbelofte en publiekslieveling groeit uit tot een legendarische Nederlandse danseres.
Eerste Zwanenmeer
In maart 1965 gaat de eerste volledige Zwanenmeer-productie bij Het Nationale Ballet in première, in een versie van de Rus Igor Belski.
De Groene Tafel
Een andere belangwekkende aanwinst is De Groene Tafel, het aangrijpende ‘anti-oorlogsballet’ van Kurt Jooss (een van de boegbeelden van de Duitse Ausdruckstanz).
Afvloeiingsregeling
Het Nationale Ballet stelt als eerste (en tot 1986 ook als enige) in Nederland een ‘afvloeiingsregeling’ in als financiële tegemoetkoming voor dansers die aan het einde van hun dansloopbaan zijn gekomen.
Monument voor een gestorven jongen
Op 19 juni 1965 vindt de première plaats van Rudi van Dantzigs Monument voor een gestorven jongen. Het ballet over ontluikende homoseksualiteit – een taboe in die tijd – bezorgt hem wereldfaam. De hoofdrol wordt op indrukwekkende wijze vertolkt door (dan nog gastsolist) Toer van Schayk, die een jaar later als tweede solist in dienst treedt.
65 / 66
Van Dantzig en Kaesen in artistieke directie
Rudi van Dantzig en Robert Kaesen treden toe tot de artistieke directie van Het Nationale Ballet, naast Sonia Gaskell.
Eerste Giselle
Voor het eerst danst Het Nationale Ballet Giselle, een van de oudst bewaarde avondvullende, klassiek-romantische balletten (uit 1841), dat tot op de dag van vandaag wereldwijd wordt uitgevoerd. Russin Natalja Orlovskaja studeert de productie in.
Twintigjarig jubileum Gaskell
Het twintigjarig jubileum van Gaskell als artistiek leider (de voorlopers van Het Nationale Ballet meegerekend) wordt gevierd met een huldigingsvoorstelling, waarbij zij benoemd wordt tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.
Nieuwe Balanchines
Twee bijzondere, vroege Balanchine-balletten worden aangekocht: Apollon musagète (1928) en De verloren zoon (1929), beide gemaakt voor Diaghilevs Ballets Russes. Daarmee komt het aantal Balanchine-werken op het HNB-repertoire op acht (inmiddels zijn dit er 33).
Eerste tournee buiten Europa
Het Nationale Ballet gaat voor het eerst de Europese grenzen over: het gezelschap geeft elf voorstellingen in Buenos Aires, zes in Bogotá, drie in Puebla (Mexico) en zes in Lima.
Oprichting Het Balletorkest
Het Balletorkest wordt opgericht en verzorgt tot op de dag van vandaag de muzikale begeleiding van voorstellingen van Het Nationale Ballet en Nederlands Dans Theater.
66 / 67
Dirigenten
Naast muzikaal directeur André Presser (al sinds de oprichting aan het gezelschap verbonden) komt Hans Vonk in dienst als tweede dirigent, een functie die hij vier jaar lang zal uitoefenen.
Romeo en Julia
Op aandringen van Sonia Gaskell produceert Rudi van Dantzig het eerste avondvullende ballet van Nederlandse bodem: Romeo en Julia, naar Shakespeares beroemde liefdestragedie. Hoewel de taak Van Dantzig aanvankelijk zwaar valt, zal het ballet uitgroeien tot een van de - tot op de dag van vandaag - grootste publiekssuccessen.
Premièreschandaal
Aan het eind van het seizoen bereikt Gaskells voorkeur voor experiment volgens sommigen een hoogtepunt en volgens anderen een dieptepunt met de wereldpremière van Koert Stuyfs postmodernistische Visibily… By Chance. Tientallen bezoekers lopen weg, er wordt met fruit naar het toneel gegooid en één toeschouwer rent zelfs het podium op om er zijn programmablad te verscheuren.
67 / 68
Adviesfunctie voor Gaskell
Artistiek leider Sonia Gaskell krijgt, op eigen verzoek, voortaan een adviesfunctie, maar na een intern conflict stapt zij op. Vanaf dat moment ligt de volledige artistieke leiding bij huischoreografen Rudi van Dantzig en Robert Kaesen.
Doornroosje
Voor het eerst presenteert Het Nationale Ballet een productie van Doornroosje (The Sleeping Beauty), in een uiterst eigenzinnige versie van de Poolse choreograaf Conrad Drzewiecki.
Vuurvogel
Andere belangwekkende aanwinsten in dit seizoen zijn Michel Fokines sprookjesballet De vuurvogel, met een glansrol voor eerste soliste Maria Koppers in de titelrol, en Ivesiana en La valse van George Balanchine.
68 / 69
Rudolf Nureyev
De Russische sterdanser Rudolf Nureyev danst zijn eerste gastoptredens met Het Nationale Ballet, in de Grand Pas de Deux uit De Notenkraker (met de Franse étoile Noëlla Pontois), in Giselle (met Olga de Haas) en - op nadrukkelijk eigen verzoek - in Van Dantzigs Monument voor een gestorven jongen. Nureyevs verbintenis met Het Nationale Ballet, die tot ver in de jaren 70 zal voortduren, bezorgt het gezelschap internationale faam.
Eretitels
Rudi van Dantzig wordt benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Olga de Haas bereikt de finale van het Internationale Balletconcours in Moskou en krijgt voor haar optreden een eervolle vermelding.
Jongeren in beweging
Onder de titel 'Jongeren in beweging' geeft het gezelschap voor het eerst een serie voorstellingen voor een jong publiek, uitgevoerd door de jonge dansers in de groep, die hiermee podiumervaring kunnen opdoen.
Operaproducties
Dansers van Het Nationale Ballet werken dit seizoen mee aan een record aantal producties van De Nederlandse Operastichting (nu: De Nationale Opera): Un ballo in maschera, Carmen, Hänsel und Gretel, Julias Ceasar, Das Rheingold, Le rossignol en Der Zigeunerbaron.
69 / 70
Afscheid Gaskell
Na haar eerdere vertrek volgt nu het officiële, grootse afscheid van Sonia Gaskell, waarbij 'Mevrouw' - zoals de dansers haar noemden - wordt onderscheiden met de Zilveren Medaille van de stad Amsterdam.
The Ropes of Time
Rudi van Dantzig maakt voor het eerst een werk voor Rudolf Nureyev en dansers van het prestigieuze Royal Ballet in Londen. De choreografie, The Ropes of Time, gaat drie maanden na haar wereldpremière als De touwen van de tijd ook bij Het Nationale Ballet in première.
Nureyev en Fonteyn en eerste tournee naar Londen
De Britse prima ballerina Margot Fonteyn treedt voor het eerst op met Het Nationale Ballet, als partner van Rudolf Nureyev in Giselle. Andersom is het gezelschap voor het eerst - met groot succes - in Londen te zien, waar het zeven voorstellingen geeft, met Nureyev als gastsolist.
70 / 71
Vertrek Kaesen
Artistiek leider Robert Kaesen vertrekt, aanvankelijk tijdelijk om enkele shows voor de Beierse televisie te choreograferen, maar hij keert niet meer terug. Zijn plaats wordt gedurende korte tijd ingenomen door de Amerikaanse pedagoog en choreograaf Benjamin Harkarvy, die eerder ook Nederlands Dans Theater leidde.
Komst Alexandra Radius en Han Ebbelaar
Op uitnodiging van Van Dantzig komen Alexandra Radius en Han Ebbelaar als eerste solisten in dienst, na twee jaar te hebben gedanst bij het beroemde American Ballet Theatre. Radius danste eerder bij het Nederlands Ballet en maakte in 1959 de overstap naar Nederlands Dans Theater, waar ze Ebbelaar leerde kennen. De twee groeien na hun terugkeer uit de VS uit tot het beroemdste dansechtpaar dat Nederland ooit gekend heeft.
Choreografisch debuut Toer van Schayk
Daartoe gepusht door Van Dantzig maakt solist en decor- en kostuumontwerper Toer van Schayk zijn debuut als choreograaf met Onvoltooid verleden tijd. “Een opmerkelijk gaaf en zuiver werk (..) helder van lijn en vorm, ontdaan van elke overbodigheid, zonder koel of steriel te worden”, oordeelt danscritica Ine Rietstap in NRC Handelsblad.
Parijs' debuut
Voor het eerst treedt Het Nationale Ballet op in Parijs, tijdens het internationale dansfestival in Théâtre des Champs Elysées. De eerste avond, vooral bezocht door genodigden uit de 'high society', leidt tot een schandaal vanwege de - aldus een geschokte verslaggever - zo goed als naakte dansers in Van Dantzigs Epitaaf en de inderdaad naakte 'Apollo's' in diens nieuwe creatie Onderweg.