"De stemming ging in één roetsj naar beneden"
Tekst: Astrid van Leeuwen
Interview met Alejandro Zwartendijk (19), die afgelopen zomer overstapte van de Junior Company van Het Nationale Ballet naar het ‘grote gezelschap’ en winnaar is van de Aanmoedigingsprijs 2020.
“Toen ik in 2017 een beurs van het Dansersfonds kreeg, hoorde ik dat overweldigende nieuws in het trappenhuis van Nationale Opera & Ballet. Puur per toeval bevond ik mij afgelopen augustus, op de eerste dag na onze zomervakantie, weer in het trappenhuis toen ik een brief openmaakte die ik in mijn postvakje vond. Ik riep daarbij zo hard ‘huh!!!!’ dat Ryoko Kondo, een van onze pianisten, die voor mij liep, zich rotschrok en vroeg of alles wel oké was. Alles was meer dan oké! In de brief stond dat ik de Aanmoedigingsprijs 2020 gewonnen heb.”
“Ik kan er nog steeds niet over uit. Had dit nóóit, nóóit verwacht. Ik voel het als een enorme motivatie-boost. In mentaal opzicht is ballet een heel zwaar vak. Je twijfelt altijd aan jezelf: ‘Red ik het wel?’, ‘Zien ze wel iets in mij?’. Opgemerkt worden is dus sowieso al fijn, maar helemaal wanneer het om zulke belangrijke mensen als de juryleden van het Dansersfonds gaat. Daarbij had ik, voordat ik het nieuws kreeg, een half jaar niet op het toneel gestaan. Dat maakte het extra onwerkelijk.”
GEEN TOURNEE
“Als Junior Company hadden we in maart net een heel feestelijke première van ons eigen tourneeprogramma achter de rug, Unboxing Ballet 2. Op tournee gaan vind ik het allerfijnste wat er is en bovendien was het een superleuk programma, dus ik verheugde me enorm op de weken die zouden komen. Maar op donderdag 12 maart moesten we allemaal in de Grote Studio komen en vertelden Ted Brandsen en Ernst Meisner ons dat alle voorstellingen gecanceld werden. De stemming in de studio ging in één roetsj naar beneden.”
EEN STUK BALLETVOER
“Ik verveelde me dood, die eerste weken van de lockdown. Je zit in een heerlijk ritme van keihard werken en daarna uitrusten en opeens houdt alles op. Ik was blij toen we na een maand thuiszitten een barre en een stuk balletvloer van Het Nationale Ballet kregen, dat maakte het makkelijker om de online lessen van het gezelschap te volgen. Daarnaast probeerde ik mijzelf uit te dagen met krachttrainingen en met extra online lessen van mijn oude amateurschool in het Spaanse Jerez de la Frontera, waar ik, als kind van Nederlandse ouders, geboren ben. Maar ik had eerlijk gezegd niet altijd de motivatie om in mijn eentje in een veel te kleine woonkamer aan de slag te gaan.”
TOCH NOG EEN VOORDEEL
“Al was het maar één les per dag, het was heerlijk om vanaf 1 juni, in groepjes van zes dansers per studio, weer in Nationale Opera & Ballet te mogen werken. Ik genoot zó van de goede vloer, van de mogelijkheid om weer volop te kunnen springen en draaien. We werken nu nog steeds in kleine groepen en dat heeft mijn overgang van de Junior Company naar het grote gezelschap denk ik wel anders gemaakt. Normaal ‘verdrink’ je als jonkie als het ware tussen die tachtig dansers, nu was het verschil met de Junior Company, door het kleine aantal collega’s met wie je werkt, eigenlijk niet zo groot. Misschien heeft corona dus toch nog een voordeel.”
'KILLING'
“Ik ben net weer begonnen met mijn repetities voor Ballet 101. Dit ballet is echt het zwaarste stuk dat ik in heel mijn leven heb gedanst, vooral de tweede helft is ‘killing’. Het is niet alleen acht minuten non-stop dansen, maar je moet ook acteren, zien dat je het publiek meekrijgt. Dat laatste is tegelijkertijd natuurlijk wel waarvoor je het allemaal doet. Misschien vond ik dat nog wel het zwaarst aan de hele coronatijd: dat je de band met het publiek mist, het applaus. Daarbij maakt het me niet uit dat we nu voor veel minder mensen optreden. De mensen die er zijn, zijn zó enthousiast en hebben duidelijk zó’n zin om weer naar het theater te komen.”