De veelzijdige partituur van Porgy and Bess
Tekst: Michel Khalifa
Voor zijn debuut bij De Nationale Opera brengt de New Yorkse dirigent James Gaffigan Porgy and Bess, het etnische en sociale drama van zijn stadgenoot George Gershwin. De jazzachtergrond van de componist en de veelzijdigheid van de partituur spreken hem aan: “Gershwin heeft ons veel moois te bieden.”
“Ik heb altijd van Gershwins muziek gehouden”, zegt James Gaffigan aan de telefoon. “Het schept natuurlijk een emotionele band dat Gershwin een Amerikaanse en New Yorkse componist was, maar nog belangrijker voor mij is de manier waarop hij onder meer in Porgy and Bess klassieke muziek en jazz verenigt. Deze twee werelden zijn me dierbaar. Ik begon zelf als jazzmusicus en heb pas op de middelbare school mijn hart aan de klassieke muziek verpand.”
Een vroege ervaring in de jazzwereld is voor een beroepsmusicus van onschatbare waarde, benadrukt Gaffigan. “Als kind speelde ik gitaar en piano op het gehoor. Duke Ellington was mijn eerste grote voorbeeld. Dat ik de harmonieën eerst op een levendige manier met mijn oren heb ontdekt, was een groot geluk voor mijn verdere muzikale ontwikkeling. Daarmee heb ik de vrijheid gekregen om out of the box te denken. Het is jammer dat de improvisatievaardigheden haast verdwenen zijn uit het klassieke curriculum op de conservatoria. Bach, Mozart, Beethoven en Bruckner waren grote improvisatoren.”
Operacarrière
Het Nederlandse publiek kent James Gaffigan voornamelijk uit de concertzaal. Als vaste gastdirigent van het Radio Filharmonisch Orkest leidt hij geregeld symfonische programma’s – en af en toe een concertante opera – in de omroepseries ZaterdagMatinee en AVROTROS Vrijdagconcert, respectievelijk in het Concertgebouw en TivoliVredenburg. Voor zijn debuut bij De Nationale Opera werkt hij voor het eerst samen met het Nederlands Philharmonisch Orkest.
‘Bach, Mozart, Beethoven en Bruckner waren grote improvisatoren’
Gaffigan is tot 2022 chef-dirigent van het Luzern Sinfonieorchester in Zwitserland, maar besteedt daarnaast steeds meer tijd aan zijn operacarrière. Ten tijde van dit interview repeteert hij in zijn geboortestad Puccini’s La bohème voor zijn debuut bij de Metropolitan Opera. Twee maanden na zijn Amsterdamse Porgy zal hij twee opera’s dirigeren bij de Bayerische Staatsoper in München. Voor de toekomst ambieert hij een vaste positie bij een operahuis. Zo’n aanstelling zou zijn gezinsleven meer stabiliteit brengen, na vele jaren waarin hij uit de koffer heeft geleefd. Gaffigan, die dit jaar veertig wordt, is getrouwd en vader van drie kinderen.
Geweldige melodieën
De combinatie van opera en orkestrepertoire vindt hij bijzonder vruchtbaar: “Opera dwingt je als dirigent om dramatisch te denken. Je leert bij sleutelscènes de juiste flow te vinden, een vaardigheid die ook in instrumentale muziek goed van pas komt. Zo ben ik nu Tristan und Isolde aan het instuderen voor mijn eerste productie in 2020. Ik kende dit werk globaal al, maar de intensieve voorbereiding is voor mij een verrassende ontdekkingsreis. Mede daarom verheug ik me zeer op Porgy and Bess, waarvan ik tot nu toe slechts fragmenten heb gedaan.”
Op het concertpodium zet James Gaffigan graag de muziek van Gershwin naast die van klassieke iconen als Mozart, Prokofiev of zelfs Schönberg. Hij neemt hiermee impliciet stelling tegen het vooroordeel dat Gershwin op klassiek gebied een lichtgewicht zou zijn. “Gershwin deed in de eerste plaats waar hij heel goed in was, zoals geweldige melodieën schrijven. Tijdgenoten als Ravel en Schönberg bewonderden hem daarvoor, ook al hadden ze zelf als componist een heel andere insteek. Ik hou van dergelijke contrasten binnen een programma. Met Schönberg werp je een ander licht op Gershwins Rhapsody in Blue. Alle componisten zijn uiteindelijk met hetzelfde bezig, al gebruiken ze verschillende middelen.”
‘Alle componisten zijn uiteindelijk met hetzelfde bezig, al gebruiken ze verschillende middelen’
“Ik denk dat Gershwin ons naast pakkende deuntjes veel moois te bieden heeft. De orkestratie van zijn pianoconcert is meesterlijk. En je hoort in het latere Porgy and Bess dat hij een diepere artistieke laag aanboort waardoor zijn muziek complexer wordt. Zelfs in een hit als ‘Summertime’ valt dit op: er zit een spookachtige dimensie in de begeleiding door de violen.”
Gospelkoor
De etnische thematiek van deze opera met een volledig zwarte cast voelt voor Gaffigan helemaal vertrouwd. Zijn middelbare school in Manhattan, de Fiorello H. La Guardia High School of Music & Arts and Performing Arts, had een zeer gemengde leerlingenpopulatie.
‘Voor mij bestaan er geen huidskleuren’
“Er is een foto van ons gospelkoor waarop ik het enige witte kind ben. Voor mij bestaan er geen huidskleuren. Dat is iets wat ik van mijn ouders geleerd heb. Ik heb er veel waardering voor dat de witte Gershwin speciaal naar Charleston in South Carolina afreisde om zich in de muziek van de plaatselijke Afro-Amerikaanse gemeenschap te onderdompelen. Je hoort de invloed van de ‘spirituals’ terug in de muziek van Porgy and Bess.”
Sterke dramatische vondst
“De partituur als geheel is bijzonder veelzijdig en doet in zekere zin aan een ‘variety show’ denken. Naast tragische scènes waarin je de diepe pijn van de personages voelt zijn er ook lichtvoetige en geestige momenten. Als dirigent moet ik de vaart erin houden en de klank licht en doorzichtig houden. Elk tempo, snel of traag, moet een bepaalde richting bezitten. Zelfs in de zwaarmoedige momenten mag de muziek niet luguber klinken. We hebben wel flinke coupures moeten aanbrengen, net als in elke andere productie van Porgy and Bess, omdat anders de opera net zo lang als Parsifal zou worden.”
De roman Porgy van Edwin DuBose Heyward en het daarop gebaseerde libretto van Gershwins broer Ira hebben grote indruk gemaakt op James Gaffigan, al leiden de protagonisten in alle opzichten een totaal ander leven dan hij. “Bij het lezen identificeer ik me niet direct met de personages. Ik voel me eerder schuldig omdat ik hun motivaties begrijp, net als in een grote Russische roman van bijvoorbeeld Nabokov.”
“En dan heb je nog het aangrijpende einde. Porgy and Bess laat je als toeschouwer half leeg achter, omdat hoofdpersoon Bess afwezig is maar niet dood. Wat een sterke dramatische vondst! Bess is overigens het karakter dat me muzikaal het meest aanspreekt, misschien omdat ze in de loop van de opera een grote emotionele ontwikkeling doormaakt.”
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Odeon 112.
Scènefoto's: Tristram Kenton voor English National Opera.