‘Hoop komt in golven, net als de golven van de oceaan’
Architecture of Hope - Interview met choreografe Wubkje Kuindersma
Een Australische recensent die onlangs tijdens een dansgala haar ballet Architecture of Hope zag, vroeg zich af of Wubkje Kuindersma wellicht voorspellende gaven heeft. Kuindersma nam de menselijke behoefte aan hoop als uitgangspunt voor haar jongste choreografie die begin februari 2020 in première ging bij het West Australian Ballet, nog net voordat, in navolging van China, landen over de hele wereld vanwege de coronapandemie op slot gingen. Voor Kuindersma – vorig jaar door het Amerikaanse Dance Magazine opgenomen in hun ‘Top 25 to watch’ – is hoop echter een thema van alle tijden. Een thema dat voor haar ook sterk gerelateerd is aan de dans: “Dans is voor mij een ‘plaats van hoop’, dans heeft de kracht om mensen wereldwijd te verbinden, net als muziek”.
Kuindersma creëerde Architecture of Hope begin 2020 voor het in Perth gevestigde West Australian Ballet, in een coproductie met Het Nationale Ballet. Het ballet werd er uitgevoerd in het Quarry Amphitheatre, een theater in de natuur, in een voormalige steengroeve, uitgehouwen uit hoge kalkrotsen. Op zoek naar muziek die zowel aansloot bij het thema van haar choreografie als bij de locatie stuitte Kuindersma op Symphony no. 1: Oceans van de Italiaanse componist Ezio Bosso. “Ik wilde muziek vinden waaruit voor mij een gevoel van hoop sprak en die tegelijkertijd zou passen bij de majestueuze setting van het theater. Bosso’s Oceans deed me denken aan het feit dat hoop in golven komt, net als de golven van de oceaan. Bosso’s symfonische reflectie op de kracht van de natuur én de menselijke natuur raakte voor mij bovendien aan de natuurlijke pracht van de Quarry.”
Licht aan het einde van de tunnel
Architecture of Hope is gemaakt voor vier dansparen en gezet op twee delen uit Bosso’s Oceans. “Het eerste deel is langzamer, donkerder, omdat we juist in donkere tijden hoop extra nodig hebben. Hoop kan ons leiden naar het licht aan het einde van de tunnel. In de choreografie is dit verbeeld doordat de dansers op een bepaald moment kaarsen meedragen, een symbool van licht en hoop. Uit het tweede deel van de muziek – het eerste deel van Bosso’s symfonie – spreekt de hoop overduidelijk: het is levendig en snel. Na de duetten, solo’s en een trio in het eerste deel komen de dansers in het tweede deel samen, met veel nadruk op canons en unisono dansmateriaal, om de menselijke connectie te onderstrepen.” Verwijzend naar Bosso’s Oceans: “Want we zwemmen uiteindelijk toch allemaal in hetzelfde water.”
Gedanste poëzie
Dans is voor Kuindersma architectuur in beweging. “Choreografie creëert een ruimte waarin de menselijke verbinding tot stand komt, niet alleen tussen de dansers onderling maar ook tussen de dansers en het publiek. Architecture of Hope is geïnspireerd op deze gedachte dat dans universeel is en mensen wereldwijd kan verbinden.”
Het ballet vertelt, zoals de meeste van haar creaties, geen lineair verhaal. “Ik zou het liever poëtisch dan verhalend of abstract willen noemen, omdat ik in mijn balletten op een niet-letterlijke manier menselijke emoties verbeeldt en mensen van vlees en bloed portretteer.”
Kuindersma hoopt dan ook dat het publiek bij het zien van Architecture of Hope zich kan verbinden met de hoop in zichzelf.
Tekst: Astrid Van Leeuwen
Foto: Sergey Pevnev
Op de foto: Carina Roberts en de dansers van West Australian Ballet in Architecture of Hope