Ted Brandsen: 'Iedereen hier heeft een droom'
Waarom ballet belangrijk is? Tamelijk domme vraag, vindt Ted Brandsen. ‘Waarom is kunst belangrijk? Waarom is zonlicht belangrijk? Dansen is een oerbehoefte.’
BALLET IS OVERAL
‘Dansen’, zegt Ted Brandsen (1959), ‘is misschien wel de meest elementaire manier waarop een mens zich kan uitdrukken: het ligt dicht bij je want je doet het met je eigen lichaam. Ballet is de meest geëvolueerde dansvorm. En het is overal, ja, óók in niet-westerse culturen. Een vriend van mij die in Zuid-Afrika een balletgezelschap heeft geleid, werd uitgenodigd door een groep docenten in Nigeria die ballet hadden geleerd van YouTubefilmpjes. Of hij ze kon helpen iets neer te zetten in hun land. Een van onze dansers groeide op in de slums van Brazilië. Zijn vader heeft hij nooit gekend, zijn moeder stierf jong toen hij acht was. Hij kwam een opvangprogramma terecht, ’s middags moest hij na school naar het buurtcentrum. Daar werd ballet gegeven. Hij had daar geen zin in, maar hij moést en uiteindelijk werd ballet zijn ticket out. Een buurtwerker zag zijn talent en stuurde hem naar de balletschool in de stad. Via een rijke dame kreeg hij een beurs waardoor hij auditie kon doen voor een internationale competitie. Zo kwam hij in Canada terecht. De directrice van die school had hier gedanst, ze belde me op en zei: "Ik heb nu een talent, echt iets voor jou. Maar dan moet je wel zijn ticket betalen voor zijn auditie, want hij heeft geen cent." En nu danst hij hier.’
JE RAAKT ELKAAR HIER LETTERLIJK AAN
Het is een van de vele verhalen die Ted Brandsen kan vertellen over zijn dansers. ‘We zijn een soort van United Colors Benetton-familie die uit 75 leden bestaat, plus de 12 dansers van de Junior Company. Ze komen uit 28 landen en hebben samen alle kleuren van de regenboog. Iedereen hier heeft een droom, iedereen is enorm gemotiveerd. Je maakt natuurlijk ook de nodige drama’s mee: blessures, grote beloften die het toch niet redden, privé-ellende… Het is hier toch anders dan in andere bedrijven; je bent zo betrokken bij je collega’s, je staat zo dicht bij elkaar, je raakt hier elkaar letterlijk aan.’
Als directeur moet Brandsen de hele dag knopen doorhakken; hij is verantwoordelijk voor de keuze van de balletmeesters, de gastdocenten en de dansers. ‘Ik ben bij bijna elke voorstelling. Ik moet toch weten hoe mijn dansers presteren?’ Hij stelt het omvangrijke repertoire samen: in een seizoen worden er gemiddeld tien programma’s gedanst, met 20 tot 25 balletstukken, zo’n 150 voorstellingen per jaar, in binnen- en buitenland. Het Nationale Ballet heeft zich onder leiding van Ted Brandsen opgewerkt naar de absolute wereldtop. ‘Ik bouw voort op de fundamenten van mijn voorgangers, maar ik heb mijn eigen stijl. De dansers zijn er technisch gezien op vooruitgegaan, niet in de laatste plaats omdat we met de start van de Junior Company een deel van de opleiding in huis hebben gehaald. Veel van die dansers stromen door naar het grote gezelschap.’
BALLET COMMUNICEERT DIRECT MET JE ZIEL
‘We werken samen met internationale topchoreografen. We zijn meer open geworden naar de wereld, én naar de samenleving in Nederland. Dat is ook onze taak: we zijn een gesubsidieerd gezelschap, dan moet je er niet alleen voor de liefhebber zijn, maar voor het hele land. Daar besteden we continu aandacht aan, met educatieve programma’s en met onze marketing. Als ik bij Notenkraker & Muizenkoning in de zaal gluur, zie ik deels een nieuw publiek dat nog niet eerder is geweest. Ik vergelijk een Notenkraker & Muizenkoning of Het Zwanenmeer met de Nachtwacht, of de Vijfde van Beethoven: die wil iedereen weleens zien of horen. Als ik dan zie hoeveel ontroering en blijdschap bijvoorbeeld Notenkraker bij het publiek teweegbrengt!’
Ted vertelt dat hersenonderzoek heeft aangetoond dat er iets in je brein gebeurt als je naar dans kijkt. ‘Als jij iemand ziet springen, spring je als het ware mee. Je hersenen reageren alsof je zélf aan het dansen bent. Om dat collectief te beleven, in een zaal, dat je je verbonden voelt met iets hogers en iets groters, dat is toch prachtig? Daar kan geen YouTube-filmpje tegenop.’