Anna Tsygankova
Omringd worden door muziek. Anna Tsygankova kan het zich niet anders herinneren. Haar ouders, beiden twintig, studeren nog aan het conservatorium in Novosibirsk wanneer Anna geboren wordt. Haar vader groeit daarna uit tot een succesvol concertpianist, haar moeder, ook pianist, specialiseert zich in kamermuziek. “Ik was als kind altijd aanwezig bij repetities, bij privélessen, zat continu in de bak water die, om uitdroging te voorkomen, onder de vleugel stond.” Die muzikale ‘onderdompeling’ heeft haar in hoge mate gevormd. “Het creëerde een vermogen om muziek binnen te laten komen en te begrijpen, mijn oren waren voorbereid.” Maar, zegt ze, pas later is ze de ‘taal’ ook zelf gaan spreken. “Muziek is een taal met zoveel diepte en zoveel lagen, en die bereik je alleen met levenservaring.”
Dat Anna ooit zal dansen, lijkt bij haar geboorte ook al duidelijk. “Mijn benen vlogen alle kanten op, en het kraambezoek concludeerde: ‘Dat wordt een ballerina’. Bovendien: mijn moeder deed aan kunstschaatsen en ballet, één oma aan volksdansen en ook de andere had een geweldige danser kunnen zijn, die had zó’n stamina.” Maar hoewel Anna als kind al voortdurend danst en eigen dansjes maakt, gaat ze op advies van een oud-danseres niet naar een amateurschool. In plaats daarvan is ze veel op straat te vinden en blijkt een kei in klimmen en ‘elastieken’. “Ik kon urenlang hoog springen.”
Hartsjuweel
Op haar negende wordt ze aangenomen op de balletacademie in Novosibirsk. Het eerste jaar valt ze, zegt ze, nog amper op, maar daarna gaat het snel. “Ik werkte hard, want ik was gek op uitdagingen.” Al vanaf haar derde jaar krijgt ze bij schoolvoorstellingen solorollen te dansen, uitmondend in die van Odette/Odile in Het Zwanenmeer bij haar afstuderen. “Dat ballet is voor altijd mijn ‘hartsjuweel’.” Twee jaar eerder wint ze zilver tijdens de Prix de Lausanne-competitie, die voor één keer in Moskou wordt gehouden. “En toen ik daar op een van de dagen aan de rivier de Moskva stond, uitkijkend over de prachtige stad, voelde ik de diepe wens om ooit bij het Bolsjoj Ballet te dansen. Alles ademde een sfeer van belofte en mogelijkheden.” Haar wens wordt realiteit, want wanneer ze later brons wint tijdens de internationale balletcompetitie in Perm wordt ze uitgenodigd om toe te treden tot het befaamde Bolsjoj Ballet.
‘School of life’
De periode daar blijkt, zegt ze, een ware ‘school of life’. “Ik werkte er met fantastische, legendarische coaches en geweldige choreografen. Toen het na zes en half jaar tijd was om verder te gaan, had ik het gevoel dat ik alles aankon.” Ze verruilt het Bolsjoj voor het Hongaars Nationale Ballet, waar ze alle hoofdrollen in het klassieke repertoire danst en zich gewaardeerd en op haar plek voelt. Wanneer ze drie jaar later, in 2007, besluit om de overstap naar Amsterdam te maken, combineert ze haar baan bij Het Nationale Ballet daarom eerst nog een tijd met een parttime contract in Hongarije. “Ik kreeg alles in Hongarije, maar ik had nieuwe uitdagingen nodig om uit mijn comfortzone te komen.”
Diepe persoonlijke connectie
Het Nationale Ballet heeft haar, zegt ze, de vrijheid gegeven om zich verder te ontwikkelen. Niet alleen binnen het gezelschap, maar ook als gastsolist bij andere toonaangevende gezelschappen. “Ted Brandsen (artistiek directeur – red.) begrijpt dat dat belangrijk is, niet alleen voor zijn dansers, maar ook voor de naam en faam van Het Nationale Ballet.”
Tegelijkertijd is het gevoel ergens echt thuis te horen buitengewoon belangrijk voor haar. “Ik ervaar een diepe persoonlijke connectie met dit theater. Ik heb hier zóveel prachtige ontmoetingen gehad met choreografen, dirigenten en danspartners.” Tot haar meest bijzondere ervaringen rekent ze haar samenwerking met Christopher Wheeldon – van wie ze diverse werken danste –, de op haar gecreëerde titelrol in Ted Brandsens Mata Hari, en Rachel Beaujeans nieuwe producties van Giselle en Raymonda. Maar even onvergetelijk en dierbaar zijn, zegt ze, Alexei Ratmansky’s Don Quichot, John Neumeiers La Dame aux Camélias en William Forsythes Pas/Parts 2018.
Het hoogst haalbare
Anna’s belangrijkste doel als danser is om partnerships te creëren, en dus mogen ook haar danspartners – onder wie Jozef Varga, Matthew Golding, James Stout en Giorgi Potskhishvili – niet onvermeld blijven. “Dans is geen solo-bezigheid, het gaat om communicatie, om hoe je elkaar weerspiegelt, om hoe je op een hoger, dieper niveau met elkaar ‘connect’. Als je dat eenmaal gevonden hebt, zoals ik recent met Giorgi… voor mij is dat het hoogst haalbare.”
Net als de geboorte van haar zoon Saniel, in 2018, want ook zijn komst heeft haar veranderd. “Het moederschap heeft me laten zien dat er één kracht is die jou als vrouw met alle gratie door het leven draagt, die je de power geeft om elk obstakel te overwinnen en die je het menselijk bestaan in alle diepte laat ervaren… en dat is liefde.”
Tekst: Astrid van Leeuwen
Lees meer:
CV
Geboorteplaats:
Novosibirsk (Rusland)
Bij Het Nationale Ballet sinds:
2007
Loopbaan bij Het Nationale Ballet:
Eerste solist (2007)
Danste eerder bij:
Bolsjoj Ballet (Moskou, Rusland), Hongaars Nationale Ballet (Boedapest, Hongarije), en als gastsolist bij tal van andere gezelschappen
Opleiding:
Balletacademie Novosibirsk (Rusland)
Prijzen:
- 2017: Prijs van Verdienste van Dansersfonds ’79
- 2017: Dancer of the Year Award, Dance Europe
- 2016: Zwaan voor ‘Meest indrukwekkende dansprestatie’ (voor Mata Hari)
- 2016: Miss Expressivity Award, Dance Open Ballet Festival, Sint-Petersburg
- 2014: Grand Prix, Dance Open Ballet Festival, Sint-Petersburg
- 2013: Nominatie Benois de la Danse (onder meer voor Cinderella)
- 2011: Nominatie Zwaan voor ‘Meest indrukwekkende dansprestatie’ (voor Don Quichot)
- 2008: Alexandra Radius Prijs
- 1996: Internationaal Balletconcours Perm, bronzen medaille
- 1995: Prix de Lausanne, zilveren medaille
Eervolle vermeldingen:
- 2021, 2020 en 2019: ‘Outstanding Performance by a Female Dancer’, Critics’ Choice Dance Europe