Voorstellings-informatie

Voorstellings-informatie

Maria Stuarda

Gaetano Donizetti (1797-1848)

Duur

2 uur en 55 minuten, inclusief een pauze

Deze voorstelling wordt gezongen in het Italiaans.

Er is Nederlandse en Engelse boventiteling.

Tragische opera in twee bedrijven

 

Makers

Libretto

Giuseppe Bardari

Muzikale leiding

Enrique Mazzola

Regie

Jetske Mijnssen

Decor

Ben Baur

Kostuums

Klaus Bruns

Licht

Cor van den Brink

Choreografie

Lillian Stillwell

Dramaturgie

Luc Joosten

 

Cast

Maria Stuarda

Kristina Mkhitaryan

Elisabetta

Aigul Akhmetshina

Leicester

Ismael Jordi

Anna Kennedy

Sílvia Sequeira*

Giorgio Talbot

Aleksei Kulagin

Lord Guglielmo Cecil

Simon Mechlinski

* De Nationale Opera Studio

Nederlands Kamerorkest

Koor van De Nationale Opera

Koordirigent

Edward Ananian-Cooper

Coproductie met 

Palau de les Arts Reina Sofia (Valencia) & Teatro di San Carlo (Napels)

 

Productieteam

Assistent-dirigent

Elda Laro

Assistent-regisseurs

Jean-François Kessler

Noah van Renswoude

Assistent-koordirigent

Ad Broeksteeg

Assistent-decor

Felicia Riegel

Repetitoren

Peter Lockwood

Alessandro Amoretti

Daniel Ruiz de Cenzano Caballero

Repetitor (stage)

Raphael Amoretti

Taalcoach solisten

Alessandro Amoretti

Taalcoach Koor

Hilde Cortese

Voorstellingsleiding

Merel Francissen

Emma Eberlijn

Pieter Heebink

Sanne van de Vooren

Eerste toneelmeester

Jeroen Jaspers

Eerste belichter

Peter van der Sluis

Eerste rekwisiteur

Niko Groot

Geluidstechnicus

Florian Jankowski

Eerste grimeur

Pim van der Wielen

Kostuumproductie

Lars Willhausen

Eerste Kleder

Sandra Bloos

Kinderbegeleiding

Manon Wittebol

Artistiek planner

Vere van Opstal

Dramaturgie

Naomi Teekens

Titelregie

Eveline Karssen

Bediening boventiteling

Irina Trajkovska

Productieleiding

Nicky Cammaert

Productievoorbereiding

Sieger Kotterer

Orkestinspecteur

Jurrien Loman

 

Koor van De Nationale Opera

Sopranen

Esther Adelaar

Lisette Bolle

Bernadette Bouthoorn

Jeanneke van Buul

Caroline Cartens

Kitty de Geus

Melanie Greve

Oleksandra Lenyshyn

Simone van Lieshout

Tomoko Makuuchi

Sara Moreira Marques

Elizabeth Poz

Janine Scheepers

Alten

Irmgard von Asmuth

Elsa Barthas

Anneleen Bijnen

Daniëlla Buijck

Rut Codina Palacio

Johanna Dur

Yvonne Kok

Fang Fang Kong

Maria Kowan

Myra Kroese

Itzel Medecigo

Sophia Patsi

Marieke Reuten

Klarijn Verkaart

Tenoren

Thomas de Bruijn

Wim-Jan van Deuveren

Frank Engel

Milan Faas

Ruud Fiselier

Livio Gabrielli

Robert Kops

Roy Mahendratha

Tigran Matinyan

Richard Prada

Mirco Schmidt

François Soons

Julien Traniello

Rudi de Vries

Bassen

Ronald Aijtink

Peter Arink

Jorne van Bergeijk

Jeroen van Glabbeek

Julian Hartman

Agris Hartmanis

Sander Heutinck

Dominic Kraemer

Richard Meijer

Matthijs Mesdag

Christiaan Peters

Jaap Sletterink

René Steur

Harry Teeuwen

Rob Wanders

 

Dansers

Demi Wals (dance captain)

Alina Fejzo

Lili Kok

Evaldo Melo

Isabelle Nelson

Renzo Popolizio

Laia Vancells Pi

Luigi Vilotta

 

Kinderfiguratie

Billy Maan

Yara Swaab

 

Nederlands Kamerorkest

Eerste viool

Ionel Manciu

Tijmen Huisingh

Philip Dingenen

Melissa Ussery

Sasha Raikhlina

Beverley Lunt

Vanessa Damanet

Anna Sophie Torn

Zen Hu-Gothoni

Kilian van Rooij

Tweede Viool

Alessandro Ruisi

Laura Oomens

Paulien Holthuis

Siobhán Doyle

Stephanie van Duijn

Olga Caceanova

Catharina Ungvari

Maria Gilicel

Altviool

Luba Tunnicliffe

Berdien Vrijland

Minna Svedberg

Elias Zaabi Saez

Frank Goossens

José Moura Nunes

Cello

Sietse-Jan Weijenberg

Jan Bastiaan Neven

Giorgos Kotsiolis

Anastasia Feruleva

Charles Watt

Contrabas

Annette Zahn

Joaquin Clemente Riera

Larissa Klipp

Fluit

Leon Berendse

Liset Pennings

Ellen Vergunst

Hobo

Juan Esteban Mendoza Bisogni

Maria Dolores Martínez García

Klarinet

Leon Bosch

Peter Cranen

Fagot

Susan Brinkhof

Dymphna van Dooremaal

Hoorn

Fokke van Heel

Márton Kóródi

Christiaan Beumer

Edward Peeters

Trompet

Gertjan Loot

Sven Berkelmans

Trombone

Bram Peeters

Rafael De Jesus Afonso

Jelle Koertshuis

Pauken

Theun van Nieuwburg

Slagwerk

Matthijs van Driel

Lennard Nijs

Harp

Sandrine Chatron

Jaike Bakker

Het verhaal

In deze bijdrage leest u het verhaal van Maria Stuarda.

Maria Stuarda: het verhaal

Wanneer de Franse koning om de hand van de Engelse, protestantse Elisabetta vraagt, wordt ze verscheurd: enerzijds door de plicht aan haar volk en anderzijds door haar verlangen naar vrijheid in een mogelijke liefde tussen haar en de graaf van Leicester. Dit is echter niet Elisabetta’s enige gewetensstrijd: al jaren is haar nicht, de Schotse en katholieke Maria Stuarda, haar gevangene. Door haar adviseurs wordt Elisabetta op het hart gedrukt om haar te laten executeren. De Schotse koningin dreigt immers aanspraak te maken op de Engelse troon. Ondanks die dreiging blijft Elisabetta in twijfel.

Terwijl de spanningen tussen de twee koninginnen verder oplopen, vindt Maria een bondgenoot in niemand minder dan de graaf van Leicester. Hij probeert vanuit zijn loyaliteit aan Elisabetta en zijn liefde voor de Schotse koningin te bemiddelen tussen beiden, maar zijn inspanningen voeden enkel en alleen Elisabetta’s achterdocht en jaloezie.

De twee koninginnen raken steeds meer verwikkeld in een religieuze, politieke én persoonlijke strijd, die culmineert in een heftige confrontatie tussen de twee rivalen. Wanneer Maria in het heetst van de strijd Elisabetta beledigt met de woorden: ‘figlia impura di Bolena… vil bastarda!’ (onreine dochter van Boleyn… vuile bastaard!), bezegelt ze zelf haar noodlot. Ondanks de inspanningen van haar medestanders wordt Maria uiteindelijk ter dood veroordeeld en naar het schavot gebracht.

Zij kon drie kronen dragen, maar verloor al haar macht

In deze bijdrage leest u meer over de historische Maria Stuart.

Zij kon drie kronen dragen, maar verloor al haar macht

Ze is amper zes dagen oud als haar vader Jacobus V overlijdt en ze de koningskroon van Schotland erft. Zes jaar later stuurt haar moeder de jonge koningin naar Frankrijk, waar ze aan het hof een streng katholieke opvoeding geniet en grondig wordt voorbereid op het uitvoeren van haar latere taken. In 1558 zou Maria Stuart op zestienjarige leeftijd immers in het huwelijk treden met de haar contractueel toebedachte François II, de kroonprins van Frankrijk. Treffend genoeg overlijdt in datzelfde jaar de regerende Engelse vorst Maria I Tudor, dochter uit het eerste huwelijk van Hendrik VIII met Catharina van Aragon. Zij wordt opgevolgd door Elisabeth I Tudor, de zogenoemde bastaarddochter van diezelfde Henry VIII uit zijn tweede huwelijk met Anna Boleyn. Elisabeth zou uiteindelijk haar grootste rivaal worden.

Als achterkleindochter van Hendrik VII menen Maria Stuart en vooral haar Franse adviseurs dat zij aanspraak kan maken op de Engelse kroon. Deze politieke aanspraak wordt evenwel niet hard gemaakt of geconcretiseerd door een gewapende actie van de Frans-Schotse legers. Zij blijven beperkt tot een symbolische daad: het opnemen van de Engelse kroon in haar wapen, naast de Franse en de Schotse. Maria Stuart laat zich bovendien in het openbaar en in alle oorkonden Regina Franciae, Scotiae, Anglicae et Hiberniae noemen. Door deze provocaties maakt ze zichzelf tot een permanente bedreiging van de vorstelijke macht van Elisabeth.

Maria en deuil blanc, François Clouet, ca. 1560
Maria en deuil blanc, François Clouet, ca. 1560

Een jaar na haar huwelijk met de kroonprins komt zijn vader, koning Hendrik II van Frankrijk om in een toernooi en volgt zijn zoon François II hem op als de nieuwe vorst. Maria Stuart is nu koningin van Frankrijk en Schotland en staat hiermee, nog voor ze volwassen is, al op het toppunt van haar macht. Het afbrokkelen van die machtspositie gaat echter nog snel-er. Een jaar later sterft haar moeder Maria de Guise, die Schotland voor haar regeerde en aan het eind van datzelfde jaar sterft haar echtgenoot, de zwakke kind-koning François II van Frankrijk, waarna Maria van de Franse troon moet terugtreden en gedwongen terugkeert naar Schotland.

In de turbulente jaren die volgen, spelen twee opeenvolgende huwelijken van Maria Stuart een sleutelrol bij haar politieke val. Vanuit het Elisabethaanse hof wordt er nauwlettend op toegezien dat Maria Stuart Schotland niet via een nieuw huwelijk tot bruggenhoofd maakt voor een sterke katholieke natie – lees het Spanje van Filips II, die met zijn zoon Don Carlos een serieuze kandidaat naar voren schuift. Elisabeth verhindert een dergelijk huwelijk met alle middelen en biedt op een bepaald moment zelfs haar eigen minnaar aan: Robert Dudley, Lord of Leicester. Uiteindelijk trouwt Maria Stuart in 1565 met Hendrik Stuart, Lord Darnley, die tevens een achterkleinzoon is van Hendrik VII. Haar geluk was echter van korte duur.

Jetske Mijnssen & Kristina Mkhitaryan tijdens een repetitie
Jetske Mijnssen & Kristina Mkhitaryan (Maria Stuarda) | Foto: Ben van Duin

Aanvankelijk overlaadt ze Darnley met eerbetuigingen en kroont ze hem tot Rex Scotiae, maar zijn ‘heart of wax’, zoals Maria Stuart het later zelf omschreef, slaat om naar ijdele trots en machtswellust: hij eist de kroon op en hiermee de medeheerschappij over Schotland. Als reactie daarop isoleert de ondertussen zwangere Maria Stuart haar gemaal van alle staatszaken en vertrouwt ze haar politieke beleid toe aan haar Piëmontese secretaris David Rizzio. Bovendien benoemt ze de ‘ijzeren’ krijgsman Bothwell tot admiraal van haar strijdkrachten. Deze situatie escaleert echter volledig wanneer de jaloerse Darnley een complot smeedt met de Schotse adel tegen David Rizzio, die op een brute wijze vermoord wordt.

Om Rizzio te wreken zou Maria Stuarda naar verluid vervolgens de moord op haar eigen echtgenoot hebben beraamd. Dit doet ze in samenwerking met Bothwell, met wie ze ondertussen een hartstochtelijke relatie is begonnen. Nog voor het einde van de gebruikelijke rouwperiode treedt Maria Stuart al opnieuw in het huwelijk. Ditmaal met Bothwell; de vermeende moordenaar van haar echtgenoot. Hierop keert Schotland zich tegen zijn koningin, waarna Maria Stuart een beroep doet op Elisabeths schriftelijk toegezegde vriendschapsband: ze vraagt haar om bescherming, hulp en politiek asiel. Op 26 mei 1568 zet Maria Stuart zonder werkelijke toezegging van Elisabeth voet op Engelse bodem. Ze is dan nog geen 26 jaar oud, maar heeft al haar reële politieke macht reeds verloren.

Naar Alex Mallems’ De clash der koninginnen

Van little whore tot Virgin Queen

In deze bijdrage leest u meer over de historische Elisabeth I.

Van little whore tot Virgin Queen

“Kan ik de vogel doden die, om aan de achtervolging van de havik te ontsnappen, naar mijn voeten is gevlucht voor bescherming? Eer en geweten verbieden het,” schreef de historische koningin Elisabeth I aan haar adviseurs. Het legt de kern bloot van de gewetensstrijd waarin zij zich bevond. Een blik in de geschiedenis geeft inzicht in de ingewikkelde positie waarin Elisabeth zichzelf gevangen ziet en laat zien hoe de tweestrijd tussen gratie of executie haar vermoedelijk herinnert aan de bloedige erfenis van haar vader.

Vanaf haar geboorte kleeft de smaad van bastaard aan haar naam en wordt zij door bedienden “the little whore, daughter of the great whore” genoemd. Haar vader Hendrik VIII had zijn eerste huwelijk met de katholieke Catharina van Aragon laten ontbinden, omdat zij hem enkel een dochter kon schenken. Hij hertrouwt in 1533 met de reeds zwangere Anna Boleyn, een hofdame van zijn echtgenote. Enkele maanden later wordt Elisabeth geboren. De katholieke kerk erkent noch de echtscheiding, noch dit nieuwe huwelijk. De reactie van de monarch blijft niet lang uit. In 1534 vaardigt het parlement, volgens zijn wil, de Act of Supremacy uit, waardoor de Anglicaanse kerk een staatskerk wordt en alle relaties met het pausdom worden verboden. In 1536 zou Hendrik VIII zijn echtgenote Anna Boleyn alweer laten executeren. Elisabeth is nog geen drie jaar oud als haar moeder wordt terechtgesteld. Slechts een jaar later wordt de katholieke Maria Tudor, Hendriks dochter uit zijn eerste huwelijk, gerehabiliteerd aan het hof en wordt de protestantse Elisabeth gedegradeerd van Lady Princess tot Lady Elisabeth.

Regenboogportret van Elisabeth I, Isaac Oliver, ca. 1600
Regenboogportret van Elisabeth I, Isaac Oliver, ca. 1600

Wrede godsdienstoorlogen

Na de dood van haar vader blijven de wrede godsdienstoorlogen de zestiende eeuw beheersen. Onder het koningschap van de jonge Edward VI, Hendriks enige wettige zoon die geboren werd uit het huwelijk met zijn derde vrouw Jane Seymour, wordt het protestantisme verder uitgebouwd als staatsgodsdienst. De aansluitende periode onder Maria I Tudor staat daarentegen in het teken van een katholieke reactie met alle consequenties van dien voor de protestantse Elisabeth. De vurig katholieke Maria heeft als grootste ambitie de restauratie van het Rooms-katholicisme. Ze huwt bovendien met Filips II van Spanje en voert – naar continentaal model – een wrede inquisitie tegen de protestanten. Haar bijnaam ‘Bloody Mary’ dankt ze aan de naar Engelse normen talrijke executies. Aanvankelijk tracht men Elisabeth ook te bekeren tot de katholieke leer. Men wil haar zelfs uithuwelijken aan een goede en dus katholieke partij. Het plan voor een huwelijk met de piepjonge Don Carlos, kroonprins van Spanje, is daarvan het meest illustere voorbeeld. Later, wanneer er in Engeland opstand dreigt tegen Maria I Tudor en Filips II, wordt Elisabeth onterecht beschuldigd van betrokkenheid in het complot, waarna ze ruim twee maanden moet verblijven in de Tower onder de constante dreiging van het schavot.

Aigul Akhmetshina (Elisabetta) & Ismael Jordi (Leicester)
Aigul Akhmetshina (Elisabetta) & Ismael Jordi (Leicester) | Foto: Ben van Duin

Verandering van het lot

Niemand minder dan Filips II van Spanje zou uiteindelijk een cruciale rol spelen met betrekking tot het lot van Elisabeth. Zijn huwelijk met Maria I Tudor blijft kinderloos, waardoor Elisabeth eerste in rang blijft voor de Engelse troonsopvolging. Tweede in rang is Maria Stuart, die op dat moment koningin van Schotland is én de troonpretendent van de Franse kroon. Maar voor Filips II wegen politieke overwegingen blijkbaar zwaarder dan religieuze, want om de vereniging van de Engelse, Schotse en Franse kroon onder de nochtans katholieke Maria Stuart te vermijden, verkiest hij de protestantse Elisabeth als garantie om het Engelse rijk niet verenigd te zien met Frankrijk. Onder Spaanse druk van Filips II wordt haar erfrecht op de Engelse troon zelfs officieel hersteld en bevestigd. Het hoogtepunt van de macht van Maria Stuart, impliceert hiermee de redding voor haar latere rivaal, Elisabeth.

Naar Alex Mallems’ De clash der koninginnen

Twee koninginnen, één kroon

In deze bijdrage leest u meer over de strijd tussen Maria Stuart en Elisabeth I.

Twee koninginnen, één kroon

De twee meest legendarische vorstinnen uit de Europese geschiedenis verwierven beiden eeuwige roem door toedoen van elkaar. Maria Stuart dankt haar bekendheid immers in belangrijke mate aan haar geruchtmakende executie door toedoen van Elisabeth I, die vanuit een overlevingsinstinct handelde met haar hoofd en niet met haar hart.

Gelouterd door de ervaring uit haar jeugd, is Elisabeth volledig opgewassen tegen haar taak. Haar beleid geeft absolute prioriteit aan de nationale belangen en stelt een einde aan de katholieke politiek van haar voorgangster Maria I Tudor. De katholieke Maria Stuart blijft echter de eerste in rang bij een eventuele opvolging van de bewust ongehuwd gebleven ‘Virgin Queen’. Het godsdienstfanatisme domineert het politieke klimaat in Europa dan ook in extreme mate: sinds de paus de afslachting van zesduizend Hugenoten tijdens de Bartholomeüsnacht als een loffelijke daad verheerlijkt en sluipmoord tot heiligmakend wordt verheven; sinds de Spaanse regering van Filips II en haar gezant Mendoza ‘killing the queen’ weg een politieke prioriteit noemen; en sinds een aantal tegen Elisabeth gerichte katholieke samenzweringen rond Maria Stuart – openlijk gesteund door de paus en door Spanje – worden verijdeld.

Kristina Mkhitaryan (Maria Stuarda) & Aigul Akhmetshina (Elisabetta)
Kristina Mkhitaryan (Maria Stuarda) & Aigul Akhmetshina (Elisabetta) | Foto: Ben van Duin

Onder sterke druk van het Engelse parlement wordt uiteindelijk besloten om Maria Stuart te berechten. Voorlopige hinderpaal vormt haar koninklijke onschendbaarheid, maar die weten de Engelse lords uiteindelijk te omzeilen. Ze verplichten zich om ieder persoon te doden die aan een samenzwering tegen Elisabeth deelneemt, maar ook om iedere pretendent ten gunste van wie deze lieden zouden conspireren, daar persoonlijk voor verantwoordelijk te stellen. Het parlement vat in een ‘Act for the Security of the Queen’s Royal Person’ deze besluiten in wettige vorm samen, met de veroordeling door vierentwintig door de Kroon benoemde rechters en de bijl als afschrikwekkende strafmaat. De uiteindelijke bedoeling van deze ‘Security Act’ is duidelijk: in de toekomst zal de koninklijke rang van Maria Stuart haar niet langer tegen een openbare aanklacht kunnen beschermen. Integendeel, indien een aanslag op Elisabeth zou slagen, zou dat Maria Stuart niet de kroon opleveren, maar juist het schavot.

Om de onschuldige schuldig te maken, grijpt Walsingham, hoofd van de Engelse geheime politie, een dilettanterige samenzwering van een paar naïeve katholieke edelen uit de provincie aan. Hij biedt hun de mogelijkheid om met Maria Stuart in correspondentie te treden, net zolang tot hij het fatale bewijsmateriaal verzameld heeft. Het parlement heeft immers drie bewijzen nodig voor de ‘legale’ moord op Maria Stuart. Ten eerste moeten de samenzweerders aantoonbaar een aanslag op Elisabeth beraamd hebben. Ten tweede moet Maria Stuart uitdrukkelijk van hun plan op de hoogte zijn en tot slot moet zij het moordplan ook schriftelijk goedkeuren. Walsingham kan uiteindelijk op deze drie punten onweerlegbaar bewijslast voorleggen. Hierop wordt Maria Stuart naar Fortheringhay Castle overgebracht, waar ze verschijnt voor een tribunaal van Engelse edellieden. Als gekroonde koningin van Schotland beroept ze zich nog op haar recht dat ze als soeverein heerser enkel en alleen voor God verantwoording hoeft af te leggen, maar tevergeefs: als eerste gezalfde vorstin wordt ze terechtgesteld op 15 oktober 1586.

Kristina Mkhitaryan (Maria Stuarda) & dansers
Kristina Mkhitaryan (Maria Stuarda) & dansers | Foto: Ben van Duin

Na de executie van Maria Stuart, bijna vier maanden na de terechtstelling op 8 februari 1587, bouwt Elisabeth I van Engeland de macht in haar rijk verder uit. In 1603 sterft ze een natuurlijke dood, na 45 jaar lang over Engeland geregeerd te hebben. Jacobus VI van Schotland, zoon van Maria Stuart, volgt haar op en verenigt als Jacobus I van Engeland en Schotland de twee kronen: de oude droom van zijn moeder wordt met hem gerealiseerd. Hij laat het lichaam van zijn moeder bijzetten in de koninklijke grafkelder in Westminster, waar haar gebeitelde grafbeeltenis vlakbij die van Elisabeth wordt opgesteld. Op die manier worden de twee koninginnen, die elkaar bij leven nooit hebben ontmoet, symbolisch in de dood met elkaar verenigd.

Naar Alex Mallems’ De clash der koninginnen

Trailer Maria Stuarda

Maria Stuarda en Elisabetta

Hoofdsponsor Nationale Opera & Ballet

WORD VRIEND VAN DE NATIONALE OPERA

Vrienden van De Nationale Opera steunen de zangers en makers van ons gezelschap. Die vriendschap is voor hen onmisbaar en daar doen wij graag iets voor terug. Voor Operavrienden organiseren we exclusieve activiteiten achter de schermen en online. U ontvangt van ons het Vriendenmagazine en u krijgt voorrang bij de verkoop van plaatsbewijzen.