Katia Ledoux
Foto: Wolf-Dieter Grabner

Mezzosopraan Katia Ledoux over Le lacrime di Eros

10 oktober 2024

Met haar nominatie voor een Opera Award 2024 in de categorie ‘Rising Star’ is het officieel: mezzosopraan Katia Ledoux is een van de spannendste en meest veelzijdige artiesten van haar generatie.

Dat blijkt ook uit de grote verscheidenheid aan rollen die ze bij De Nationale Opera heeft gezongen. In 2019 maakte ze haar debuut als Geneviève in Debussy’s Pelléas et Mélisande, waarna ze terugkeerde voor Rossini’s Petite messe solennelle en maar liefst twee wereldpremières: in 2021 creëerde ze de rol van Makuba in Neo Muyanga’s Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde en in 2022 die van Proserpine in Manfred Trojahns Eurydice – Die Liebenden, blind. Dit seizoen keert ze terug voor Le lacrime di Eros, waarin ze dit keer niet de allernieuwste, maar juist de alleroudste operamuziek zal zingen. Ook herneemt ze haar rol als Makuba in Anansi.

Wat is het verschil tussen het zingen van nieuwe muziek en bestaand repertoire? 
“Bij een nieuwe opera krijgen we de muziek vaak behoorlijk laat, omdat de componist het stuk nog volop aan het creëren is. Ik denk dat dit sommige zangers huiverig maakt voor hedendaagse muziek. Je moet in korte tijd nieuwe, extreem uitdagende muziek in je hoofd en je stem zien te krijgen. En zelfs tijdens het repetitieproces kunnen er door componisten nog grote veranderingen aangebracht worden in de partituur. Maar er zijn absoluut ook voordelen. Zo krijg je een rol te zingen die volledig op maat geschreven is voor jouw stem. En mocht iets toch niet optimaal werken, dan kun je als zanger altijd met de componist in gesprek gaan. Dat is een luxe die natuurlijk niet mogelijk is met dode componisten.”

Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde
Katia Ledoux in Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde | Foto: Bart Grietens

“Een ander groot verschil zit ’m in de expertise. In het geval van een wereldpremière ben je de allereerste die het werk zingt. Jouw uitvoering zet als het ware de standaard. Dat is bij repertoire natuurlijk anders, dan heb je te maken met een lange uitvoeringsgeschiedenis waartoe je je moet verhouden. In voorbereiding op Le lacrime di Eros heb ik dan ook contact gehad met verschillende experts op het vlak van de oude muziek. In werksessies en gesprekken zijn we in de uitvoeringstraditie, de historische context en verwachtingen rondom deze vroege composities gedoken. Daar heb ik ontzettend veel aan gehad.”

Hoe zou je de muziek omschrijven die je zingt in Le lacrime di Eros?
“In twee woorden: ‘eenvoudig’ en ‘hartverscheurend’. In Le lacrime di Eros maken we een reis door het allereerste begin van de opera. Veel van de instrumenten waar onze oren vandaag aan gewend zijn bestonden toen nog niet, dus veel van de klankrijkdom die we vaak met opera associëren, is in deze composities nog ver weg. Wat deze componisten echter wél hadden, was een ongelooflijk vermogen om spectaculaire verhalen te vertellen. De tekst staat op de voorgrond en het spelen met dissonanten maakt deze Italiaanse oude muziek ongelooflijk sensueel en ontroerend.”

Katia Ledoux

“Ik ben naar de auditie gesneld en heb daar werkelijk alles gegeven wat ik in me had”

Waar kijk je het meest naar uit bij Le lacrime di Eros?
“Raphaël Pichon en Romeo Castellucci behoren tot de spannendste artiesten in het internationale operalandschap. Hun visie en aanpak zijn grensverleggend – ze veranderen de manier waarop het publiek muziek hoort en beleeft. Dat doen ze met een oog voor intense schoonheid en zeggingskracht, maar ook met ontzettend veel lef. De mashup die ze voor ogen hebben met muziek van nauwelijks bekende vroege Italiaanse operacomponisten getuigt van durf en is in mijn ogen best een beetje ‘punk’! Toen ik over dit project hoorde, heb ik geen seconde getwijfeld. Ik ben naar de auditie gesneld en heb daar werkelijk alles gegeven wat ik in me had. Ik ben ervan overtuigd dat Le lacrime di Eros in alle opzichten verbluffend en grensverleggend zal zijn.”

“Waar ik zelf ook heel erg naar uitkijk is de samenwerking met sopraan Jeanine De Bique, die ook meezingt. Zij is mijn ultimate voice crush, ik kan urenlang praten over hoe fantastisch haar stem en haar vertolkingen zijn. Dat ik nu het podium met haar zal delen en haar tijdens de repetitieperiode elke dag mag horen zingen is voor mij een droom die uitkomt!”

Later dit seizoen keer je terug als Makuba in Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde. Wat maakt deze opera zo bijzonder voor jou? 
“Ik ben zelf een kind van de Afrikaanse diaspora en kreeg tijdens mijn studie herhaaldelijk te horen dat opera een ‘witte’ kunstvorm is. Het was voor mij daarom een helende ervaring om met een grotendeels zwarte cast te werken aan een verhaal dat in zoveel verschillende versies bestaat binnen de diaspora. Anansi is een bekend personage op het Afrikaans continent, maar ook wijdverbreid op de Caraïben en Suriname. Dat deze verhalen ondanks de slavenhandel en eeuwen van onderdrukking konden bloeien, is een krachtig bewijs van de veerkracht van onze culturen. Daarnaast was dit ook de eerste opera van een zwarte componist die op het hoofdpodium van De Nationale Opera werd uitgevoerd, wat nog een extra laag van historische betekenis toevoegde aan deze toch al zo belangrijke productie.”

Katia Ledoux

“De Nationale Opera is het operahuis waar mijn carrière begon”

In Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde zing je in het Nederlands, een taal die je niet spreekt. Was dat een grote uitdaging? 
“Ik heb voor Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde misschien wel harder aan mijn uitspraak gewerkt dan bij welke andere opera in een voor mij vreemde taal ooit. Het is een familieopera met Nederlandstalige kinderen als belangrijke doelgroep. Dat is een kritisch publiek dat niet rustig meeleest met de boventitels. Kinderen reageren onmiddellijk op wat ze horen, en dat moet verstaanbaar zijn. Gelukkig spreek ik vloeiend Frans, Duits en Engels, en komt mijn kennis van die talen me goed van pas bij het begrijpen en zingen van het Nederlands.”

Je hebt de afgelopen jaren veel bij De Nationale Opera gezongen – onder meer in Pelléas et Mélisande, Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde en Eurydice – Die Liebenden, blind. Is er één ervaring die je het meest bijgebleven is?
“Dat is een ontzettend moeilijke vraag, want ik heb hier zoveel fantastische dingen meegemaakt. De Nationale Opera is het operahuis waar mijn carrière begon. Ik weet nog heel goed dat ik auditie kwam doen voor de rol van Geneviève in Pelléas et Mélisande. Ik had net tijdens mijn studie geleerd dat je soms niet zozeer auditie moet doen om een specifieke rol te krijgen, maar vooral om jezelf voor te stellen aan het castingteam van een operahuis en om wat ervaring met auditeren op te doen. Ik was er dus vooral voor de auditie-ervaring en had verder geen enkele verwachting. Voordat je een rol krijgt, moet je toch minstens je conservatoriumopleiding hebben afgerond en vlieguren in een talentontwikkelingsprogramma van een operahuis hebben opgedaan, toch?”

Katia Ledoux in Rossini’s Petite messe solennelle
Katia Ledoux in Rossini’s Petite messe solennelle | Foto: Bart Grietens

“Nou… directeur Sophie de Lint en hoofd artistieke zaken Damià Carbonell Nicolau hadden andere plannen. Ik kreeg tot mijn grote verbazing de rol en mocht als complete nobody met grote gevestigde artiesten als Elena Tsallagova, Paul Appleby en Brian Mulligan het podium delen. En dan ook nog met het Koninklijk Concertgebouworkest onder leiding van Stéphane Denève in de bak en in een regie van Olivier Py! Het was een droombegin van mijn carrière, rechtstreeks uit een sprookjesboek!” 

Waarom blijf je zo graag terugkomen naar Nederland?
“Op papier ben ik misschien geen Nederlander, maar ik heb hier zoveel vormende ervaringen meegemaakt: van het winnen van de Persprijs bij het Internationaal Vocalisten Concours (IVC) in ’s-Hertogenbosch tot een recital in een prachtig klein kerkje in Zaandam met megaster Lucie Horsch. Ik heb in Nederland bovendien veel mensen ontmoet die belangrijk voor me zijn. Hier optreden voelt dan ook als thuiskomen. En wat De Nationale Opera betreft: ik voel me gezien en begrepen door dit huis. Voor jonge zangers ligt het risico van hokjesdenken op de loer, dat je alleen gevraagd wordt voor specifieke rollen in een specifieke stijl. De Nationale Opera heeft echter altijd mijn veelzijdigheid gezien en me een groot scala aan mogelijkheden geboden. Ik hou van dit huis. Ik hou van de mensen hier. En ik voel me hier ook geliefd.” 

Tekst: Laura Roling

Katia Ledoux is van 15 tot en met 21 november 2024 te zien in Le lacrime di Eros en staat van 16 tot en met 25 mei 2025 opnieuw op het podium in Hoe Anansi the stories of the world bevrijdde.